KABOEM! Met een enorme knal komt een even abrupt als bruut einde aan de levens van Griet Wiersma en Anneke Douma. De Friese zangeressen zijn net ingestapt wanneer hun auto ontploft. Het volledige Friese artiestengilde blijkt ten prooi te zijn gevallen aan een seriemoordenaar en er is geen ontkomen aan. Emiel Stoffers, zanger van de punkrockband De Hûnekop, doet er alles aan om uit handen van de Friese artiestenkiller te blijven. Stoffers is de vrouwonvriendelijke, homofobe en cokesnuivende held van de film die in het najaar van 2021 een hit in de Friese bioscopen werd.
Overal waar Stjer te zien was, vloeide het bier rijkelijk: in elke zaak klonk aanhoudend het vrolijke geplop van de Grolsch-beugelfles. ‘Dat hadden ze nog nooit meegemaakt. Dat er kratten bier in plaats van losse flesjes werden verkocht.’
Regisseur Janko Krist (40) maakte met de onstuimige komedie Stjer zijn eerste speelfilm. Heel wat anders dan het tot dan toe veel bravere televisiewerk voor Omrop Fryslân (Hea) en Hilversum (Man Bijt Hond). Een monoloog.
‘Het werk in de televisiewereld is niet te vergelijken met het maken van een speelfilm. Stjer is eigenlijk een uit de hand gelopen coronaproject. Voordat we eraan begonnen had ik nog nooit een scene gedraaid of met acteurs gewerkt. Ik ben veel boeken gaan lezen. Over hoe je bijvoorbeeld een script schrijft. Dat lezen van boeken ben ik het hele maakproces blijven doen.
Emiel en ik besloten om het verhaal zo simpel mogelijk te houden. Zonder ingewikkelde verhaallijnen en lagen erin. We zijn geen Tarantino’s. Wel hebben we de film volgestopt met grappen. Als Emiel en ik het allebei leuk vonden, ging de grap mee. We beperkten hierin ons niet. Zo doken af en toe de merken van enkele sponsoren op. Het bord van Kroon Worst Reclame bijvoorbeeld toen er een lekker stukje worst in de film gegeten werd.
Jeroen Seinstra was de derde man binnen ons kleine team. Hij zorgde voor de muziek, montage en special effects. De film is van ons drieën. Tijdens corona viel veel van mijn werk weg. Emiel en ik hadden het er wel eens over gehad, om ooit nog eens een film te maken. Nu hadden we er de tijd voor. Uiteindelijk hadden we zo’n dertig draaidagen nodig. Elke week een draaidag en tussendoor overlegden we veel en werkten Emiel en ik aan het scenario. We gingen meteen al aan de slag, zonder subsidie of sponsors of wat dan ook. Dat was het wonderlijke van dit project. Na een halfjaar kregen we 20.000 euro subsidie van de provincie.
Een sponsorwerver, Pieter Jan Heidstra, hielp ons bij het vinden van extra financiers. Zodat we acteurs, een cameraman en audiobewerking en zo konden betalen. Met z’n drieën verdelen we de resterende opbrengsten van de film. De winst, ook al is die bescheiden, is er nog steeds. De film kun je online bekijken voor een tientje en onlangs hebben we nog duizend dvd’s gebrand. Veel liefhebbers van Hûnekop hebben nog een dvd-speler thuis.
Stjer draaide in de vier grote Friese bioscopen. Er kwamen zo’n 15.000 mensen kijken. Daarmee is het een succes geworden. Het was de best bekeken film in september en de bioscopen waren zogezegd mega blij. Omdat het publiek zo ontzettend veel bier zoop. Bezoekers bestelden een kratje bier en tikten per persoon zomaar 100 euro af. Het was niet normaal. Bij New Kids werd ook veel gedronken, maar toen werden in de zaal soms vernielingen gepleegd.
Bij ons was het vooral rumoerig, door al dat geplop. Plop plop! De beugelflessen bleven maar gaan.
We hebben alles met één cameraman gefilmd. Zonder professioneel licht of al die andere shit. Jeroen Seinstra was onze geluidsman behalve als hij moest acteren. We hadden drie man crew. Het was volstrekt gedoemd om te mislukken. Maar dat gebeurde dus niet. Mensen vonden het allemaal hartstikke leuk. Er valt artistiek gezien natuurlijk best wat op aan te merken, maar uiteindelijk bleef er een mooie film over. Een komedie waarin alles mag. Je koopt voor een paar euro een pak en hoppa. Je bent een politieagent.
Maar we moesten natuurlijk ook goeie mensen hebben. Zoals de twee hoofdrolspelers naast Emiel. Het is ons gelukt om Bertrie Wierenga te strikken. Zij speelde intussen al in Goeie Tijden Slechte Tijden en ik kende haar een beetje omdat ze ook uit Leeuwarden komt. Harm Bakker paste helemaal in het plaatje. Lang haar, muzikaal en iemand die ook nog kan zingen. De film is helemaal op hem geschreven. Om Bertrie te overtuigen dat ze mee moest doen aan dit project, hebben we haar dronken gevoerd. Dat is gelukt.
Het maken van de film is een feestje geworden. We konden niet heel veel bieden, maar wel gezelligheid. Draaidagen duurde nooit langer dan acht uur en er was altijd bier en eten na afloop. Een feestje was het niet altijd voor Emiel en mij. Wij hebben echt wel hard gewerkt. Anderhalf jaar lang waren we 24 uur per dag met de film bezig. Onder de douche, op de wc, Het was film, film en nog eens film. We voerden gesprekken met de bioscopen, regelden stagiaires, locaties, de kleding. Soms voelde het alsof we een steile berg beklommen.
Maar op een gegeven moment was-ie klaar. We hadden een film die nog wel te lang was, twee uur en twintig minuten. Na een viewing hebben we de film ingekort. Er keken een stuk of tien mensen naar de preview. Geen Hûnekop-fans. Wel mensen die Fries verstaan. Ze vonden het hartstikke leuk. Het werd een topavond. Toen wisten we dat we goed zaten.
Er zit een enorm tempo in de film. Het is grap op grap. Op veel verschillende locaties. Dan weer een moord, dan weer een optreden. Naked Gun-humor. Op een gegeven moment zijn we gestopt met schrijven. We gingen richting de drie uur. Toen hebben we behoorlijk geschrapt en de finale er een soort van doorheen geramd.
De film draaide een maand of twee in de bioscopen. Onze timing was heel slecht, want door corona waren alle bioscopen dicht. Toen de zalen weer open gingen, ontstond er een stuwmeer aan films. We concurreerden onder andere met James Bond. Daar kwam het probleem van de anderhalve meter nog bij. Er pasten veel minder mensen in de zalen. Daarnaast had je ook nog de coronapas. Niet echt populair onder de gemiddelde Hûnekop-fan.
De première in Leeuwarden was geweldig. Rode loper, allemaal Friese artiesten en heel veel aandacht van de media. Zowel regionaal als landelijk. Het was na de Fûke de eerste Friestalige film in 20 jaar.
De recensies waren hartstikke goed en we waren te gast bij Spaanders van Patrick Lodier, de opvolger van Kopspijkers. Zaten Emiel en ik samen bij. Het Jeugdjournaal was ook er ook omdat in de film een jongetje een klap tegen zijn kop kreeg. Het filmen van de slotscene was vanwege corona nog wel een dingetje. Want er waren vijftig tot zestig figuranten nodig. We hebben bewust gewacht tot het laatste moment, toen de regels versoepelden. Uiteindelijk heeft iedereen het voor een habbekrats gedaan. Alleen onze cameraman kreeg fatsoenlijk betaald. Maar het kostte ons drieën uiteindelijk niets en we hadden tijdens corona iets leuks om handen.
Nu ben ik andere dingen aan het doen. Zoals het klasje van First Wave. Met allemaal mensen die hun eigen talenten hebben. Vind ik waardevol. Ik heb geen netwerk in de filmwereld. Ik kende de mensen van de Filmacademie niet. Nu kan ik mijn netwerk en kennis verbreden. En ik hoop te leren hoe zij de zaken aanpakken. Ik merk ook dat ik ze dingen kan vertellen. Over hoe wij de financiële zaken hebben aangepakt bijvoorbeeld. Niet via de fondsen, maar gewoon zelf doen. We hebben een lading T-shirts en petten verkocht. En we hebben heel media aan ons verbonden. Door regelmatig persberichten te schrijven.
Voor Omroep Max heb ik na Stjer een aantal afleveringen van Expeditie Nederland gemaakt. Voor het kunstenaarscollectief BUOG speel ik een rolletje als tv-verslaggever in een theatervoorstelling. Ik wil binnenkort een podcast maken en ben nu druk met het filmplan van First Wave. Dat ga ik dit keer op een andere manier aanpakken. Heel goed voorbereid, met in aanloop naar de draaidagen verschillende gezamenlijke repetities met de acteurs.
Mijn nieuwe filmverhaal wordt het tegenovergestelde van Stjer. Het is een film op één locatie met vier acteurs. Een keiharde thriller, zonder humor. Maatschappijkritisch en waarschijnlijk een tikkeltje pretentieus. Totaal wat anders dus. Maar ik heb door Stjer ontdekt dat ik het werken met acteurs en schrijven ontzettend leuk vind. En nu heb ik zin in een biertje.’ Plop…
Tekst: Radboud Droog