Met één been in het filmmakersvak

Froukje van Wengerden bracht haar jeugd door in Bartlehiem: bekend gehucht met een nog bekender bruggetje. Bijna dagelijks stoppen er fietsers en stappen automobilisten uit. Voor een selfie op de brug die tijdens de Elfstedentocht het prominentste punt in de schaatswedstrijd markeert. Want tijdens de Tocht der Tochten kun je er niet om heen. Duizenden toeschouwers en talloze verslaggevers knokken dan voor de beste plaatsen op en rond het iconische elfstedenbruggetje. Gadegeslagen door miljoenen televisiekijkers.

Die gekte is al een kwarteeuw niet meer voorgekomen. Froukje maakte de laatste Elfstedentocht, die van 1997, als negenjarig meisje bewust mee. De tuin van haar ouders grenst aan de route. ‘Het erf stond helemaal vol. Met publiek en journalisten. Gekkenhuis.’ En nu is er weer. In de tuin die ze met haar ouders deelt. Tien jaar woonde ze in Amsterdam. Maar waar de meeste studiegenoten na de Filmacademie in de hoofdstad achterbleven, keerde zij terug naar huis.

Het was uiteindelijk een logische keuze, nu zo’n vier jaar geleden. ‘Mijn studentencontract liep af, zodat ik niet meer onder gunstige voorwaarden een huis kon huren.’ Een samenloop van omstandigheden deed Froukje besluiten om terug te keren naar haar geboortedorp. Het jaar 2018 werd in alle opzichten een bewogen jaar, kijkt ze terug. ‘Het was het jaar van Culturele Hoofdstad van Europa en nog belangrijker, ik leerde Frans kennen. Het werd daarom een topjaar! Frans en ik zijn gek op cultuur en we konden onze lol op. Het was een prachtige tijd.’

Grutte Pier Brouwerij

‘2018’ toonde het culturele gezicht van Friesland. In al haar glorie, want er was veel te doen. Froukje besefte eens temeer dat er ook buiten Amsterdam genoeg te beleven valt. ‘In Friesland miste ik vaak wel enige diepgang in het culturele aanbod, maar dat imago raakten provincie en stad door het culturele-hoofdstadjaar kwijt, vind ik.’ Omdat het studentencontract verviel en de kans op een huurwoning in de vrije sector door de overspannen huizenmarkt nihil was, besloot ze terug te keren. Anti-kraak zag ze ook niet zitten.

Op het perceel rond het ouderlijk huis verhuurden haar ouders verschillende woningen. En er was nog plek voor Froukje die al snel gezelschap kreeg van Frans. De gezinsuitbreiding volgde kort daarop met de geboorte van een zoon en dochter. Frans, bierbrouwer en mede-eigenaar Grutte Pier Brouwerij, verhuisde zijn brouwerij naar Bartlehiem met op het erf ook nog een winkel en een proeflokaal. Het terras ligt pal aan de Dokkumer Ee. En vader en moeder Van Wengerden wonen er nog steeds: in een piekfijn tot luxe appartement verbouwde schuur. ‘Mijn oma woont naast ons in een zorgwoongroep voor dementerenden’, zegt Froukje.

Familiebedrijf

De kinderen, van 3 en bijna 2 jaar, spelen naar hartenlust. Er is plek genoeg. Frans werkt hard aan het vergroten van de naamsbekendheid van het Grutte Pier-merk en zijn achtergrond in de marketing helpt daar zeker bij. Froukje werkt mee in wat zo langzamerhand ook een familiebedrijf is geworden. En met elkaar doen Frans en Froukje meer. Aan de kade ligt het voormalige vrachtschip de Eestroom. Op dit scheepsatelier, maar dan aangemeerd voor de Leeuwarder stadsschouwburg, wordt binnenkort voor de derde keer het PLONS! Film Festival georganiseerd. Een filmfestival waar begin september aan boord van het scheepsatelier korte documentaires uit binnen- en buitenland worden vertoond.

Froukje houdt ervan om dingen te organiseren. Om te exposeren ook. Met video of fotografie. In 2017, tijdens het Noordelijk Film Festival, stelde ze een video-installatie tentoon met de centrale vraag ‘wat maakt een thuis tot een thuis?’ Een jaar eerder portretteerde ze verschillende 14-jarige meisjes: een foto-expositie naar aanleiding van de film Ik was pas 14, waarmee ze de camera op haar oma richtte. De film gaat over de nachtmerrie van 2 oktober 1944 toen Froukjes oma als 14-jarig meisje zag hoe haar vader per trein door de Duitsers werd afgevoerd. En nooit meer terugkeerde. De korte film kwam kort na het afronden van de Nederlandse Filmacademie tot stand.

Toen Froukje 18 jaar was, vertrok ze naar Amsterdam waar ze een bachelor Media en Culture afrondde. In het jaar voor de Filmacademie behaalde ze in Antwerpen een master Film Studies en Visual Culture. Met haar afstudeerfilm van de Filmacademie Breng me naar het Zuiden spreekt ze zich zeer persoonlijk uit. De roadmovie, over de Nederlandse binnenwateren, maakte ze samen met haar vader: ‘Toen ik 15 was, kwam ik er achter dat hij niet mijn biologische vader was.’

Persoonlijk

Die persoonlijke toets zie je ook terug in haar meeste recente fotowerk. In stemmig zwart-wit wordt het leven op het erf vastgelegd. Haar kinderen zijn de onomstreden sterren op het doek. Lachend, huilend en vechtend. Froukje vraagt zich wel eens af wat ze nu is. ‘Filmmaker? Fotograaf? Of in de eerste plaats toch vooral moeder?’ Vooropgesteld, vertelt ze eerlijk, valt het moederschap haar naast al dat familiegeluk soms zwaar. ‘Het zijn twee ontzettend drukke kinderen. De zorg voor hen zorgt ervoor dat ik mijn werk op een lager pitje moet zetten. Het zorgt er ook voor dat ik bewustere keuzes moet maken. De tijd is kostbaarder.’ De inspiratie voor haar foto- en filmwerk haalt ze, min of meer gedwongen door de omstandigheden, uit haar dagelijkse leven. Zoals de foto-expositie over het leven rond haar huis, zoals de lange documentaire Bartlehiem die ze in 2020 maakte.

Het werd een prachtige film, waar ze daarentegen met gemengde gevoelens op terugkijkt. ‘We hebben er zoveel tijd en eigen geld in gestopt. Ik had mijn studieschuld er van kunnen betalen.’ Uiteindelijk werd de film weinig vertoond en bleven de recensies daarom achterwege. ‘Ik hield er een beetje een rotgevoel aan over.’ Het droeg bij aan de twijfel die de laatste jaren vaker aan de oppervlakte verscheen: vond ze het filmmaken eigenlijk nog wel leuk genoeg? Is fotografie of camerawerk niet meer iets voor haar? ‘Ik weet niet zeker of ik tot in de lengte van jaren filmmaker blijf. Maar wat ik wel zeker weet, is dat ik het vak nu nog niet wil loslaten. Stoppen is geen optie.’ Haar deelname aan First Wave zal haar vermoedelijk een stap in de juiste richting brengen. Maar welke richting, dat is vooralsnog de vraag. ‘Ik sta met één been in het filmmakersvak. Het kan alle kanten op.’